Recordopbrengst voor restauratie oude grafstenen in Driebergen

Recordopbrengst voor restauratie oude grafstenen in Driebergen

Elk jaar zamelt de Stichting Vroeger en nu uit Driebergen geld in voor het onderhoud van de Oude Algemene Begraafplaats in het dorp. Dat doen ze onder andere door tweedehands spullen te verkopen die geschonken worden door betrokken dorpsgenoten. Roel Koops (73) en Philine Spruijt (59) zoeken alles uit en verkopen het via internet. Ze noemen zichzelf dan ook de schatgravers. “Afgelopen jaar was de opbrengst 20.000 euro. Toen we dat hoorden hebben we wel even een dansje gedaan.”
Bij de beroemde begraafplaats Père Lachaise in Parijs zouden de toeristen rond dit tijdstip al in de rij staan. Dat is (nog) niet het geval in Driebergen bij de Oude Algemene Begraafplaats. Op deze zonnige winterochtend is het daar juist een oase van rust. En dat terwijl het dodenakker uit 1860 inmiddels wordt omringd door een grote discountsupermarkt, winkels en woningen.
Het zonnetje schijnt al voorzichtig tussen de bomen door op de oude graven. Waterdamp stijgt op van de nog bevroren bosgrond. Het loodzware hek van de toegangspoort gaat piepend open. “Trek het maar weer goed achter je dicht. Anders lopen ze weg” grapt Roel. Hij is samen met Philine Spruijt al jaren vrijwilliger bij de Stichting Vroeger en Nu die de begraafplaats beheert en onderhoudt. Elke zaterdag organiseren ze rondleidingen.
Schatgraven
Vandaag is het weer de wekelijkse schatgraafochtend van Roel en Philine. In het kamertje waar 100 jaar geleden de doden lagen opgebaard staan nu dozen vol spullen klaar om uitgezocht te worden. “We krijgen dit van mensen die onze stichting en het dorp Driebergen een warm hart toedragen. Bijvoorbeeld als hun ouders overlijden en de kinderen de zolder moeten leeghalen. Dan gaat het naar ons. We zoeken alles uit op zoek naar bijzondere spullen en verkopen dat via internet. De opbrengsten gaan naar het onderhoud van de graven en het poortgebouw bij de ingang.”
Want dat poortgebouw (de voormalige woning van de doodgraver) bij de ingang van de begraafplaats kan wel een opknapbeurt gebruiken. Het ruikt er wat muffig en de gaskachel moet op de hoogste stand om het binnen een beetje aangenaam warm te krijgen. Aan de wand hangen ingelijste foto’s van de doden die er begraven zijn. Zoals van Gerrit Diederik Versteeg die in 1942 overleed en werkte als lantaarnopsteker. Of van veldwachter Josephus Hubertus Giesbers die in 1927 het leven liet. Samen met 148 andere foto’s van overledenen zijn ze nu onderdeel van een minimuseum over de begraafplaats.

 

Meestal kitsch en soms kunst
“Wat denk je hiervan, Roel? 2 euro?” zegt Philine terwijl ze een emaillen pispotje van alle kanten bekijkt. “Jammer dat ie beschadigd is.” De twee vrijwilligers vinden van alles tussen de zolderopruimingen. Het is net Tussen Kunst en Kitsch. Met de nadruk op kitsch. Maar af en toe zit er iets heel bijzonders bij. “Vorig jaar hebben we zo’n 20.000 euro opgehaald met de verkoop via internet en onze snuffelmarkten. Dat was een record. Het topstuk was een schouwstuk, een soort klok. Die bleek 1000 euro waard te zijn. We hebben hem toch maar teruggeven aan de mevrouw die hem schonk, want zij had geen idee wat ze had ingeleverd” vertelt Philine.
“Maar een terracotta beeld uit de 18e eeuw ging voor 800 euro weg. En een plastic uiltje voor 220 euro. Dat bleek van een beroemde Braziliaanse kunstenaar te zijn.” Ook zit de tijd mee: iedereen zit thuis vanwege corona én alles wat retro of vintage genoemd kan worden is gewoon hip. Mensen betalen graag voor een emaillen vergiet of een oude augurkenpot met een lampje erin. Van het geld zijn al verschillende graven door de vrijwilligers opgeknapt met een verfbeurt of nieuw metselwerk.

 

 

Dit plastic uiltje leverde 240 euro op

Beroemde doden
In Parijs komen de toeristen massaal voor een bezoekje aan het graf van beroemdheden als The Doors-zanger Jim Morrison, de Nederlandse schilder Karel Appel of chansonnière Edith Piaf. Maar in je eigen woonplaats doe je dat niet zo snel, beamen Philine en Roel. Onterecht. “Ook hier liggen grote namen. Als je Driebergen een beetje kent zie je heel wat straatnamen terugkomen op de grafstenen. Misschien is dit wel het Père Lachaise van de Utrechtse Heuvelrug. En ons museumpje is uniek in Nederland.”
Weliswaar geen rocksterren in Driebergen, maar de grote trekpleister is toch wel het graf van Wulfert Floor, een vooruitstrevende lekenprediker die overleed in 1876. Zijn preken zijn nog steeds populair onder oudgereformeerden. “Ze vragen er speciaal om: waar ligt Wulfert?” vertelt Roel. “Zijn graf heeft alleen geen steen, want dat wilde hij niet. Het was een sobere man. Dus hebben we er maar een bordje bij gezet.” Ook komen er weleens mensen voor Johannes de Heer, een begenadigd orgelspeler. “Hij heeft vele lp’s gemaakt met opwekkende christelijke liederen.”
Doodstil
De taboe op het ‘voor de leuk’ bezoeken van een begraafplaats wordt ook wel minder, denken Philine en Roel. Juist in stedelijke gebieden zijn de oude begraafplaatsen een soort klein natuurgebied of stadspark geworden. Je moet misschien even over een drempel heenstappen, maar het is er doodstil. Ideaal om in het drukke thuiswerkleven even tot rust te komen, te luisteren naar de vogels en op een bankje je boterham met kaas op te eten. “Ik denk dat het steeds meer die kant op gaat.”

Gerelateerd aan:

Reacties

Scroll naar boven